zondag 17 april 2016

zenuwslopend.... maar zo gaaf! (september 2015)

“Niets laat ons emotionele brein zo tandenknarsen als conflicten met degenen die deel uitmaken van onze directe omgeving. Of we dat nu willen of niet, de conflicten met onze buren – die per slot van rekening ‘vreemden’ zijn – kunnen ons net zo raken als het krassen van nagels op een schoolbord.
Daarentegen smelt ons hart bij het schouwspel van een lachend kind dat de hand van zijn vader pakt, hem in de ogen kijkt en zegt: ‘Ik hou van je papa.’ “
(Servan-Schreiber, 2012)

Ik was degene die het door gedrukt had, Wendy (mijn vrouw) had twijfels en wilde liever nog een jaartje wachten. Zij wacht vaker af als ik, daar waar ik in het diepe wil springen remt ze me af en laat me erover nadenken. Als ik het toch doe en het loopt fout, wilt ze ook graag roepen “zie je nou wel…”
Ik zit anders in elkaar, ik hou van ontdekkend leren, van risico’s nemen en ontdekken of iets leuk is.
Lotte had aangegeven ook een race te willen doen en hier was een kans. Officieel moest ze zes jaar zijn, maar ik was eigenwijs genoeg om te denken dat een meisje van 5 jaar met voldoende hulp dit wel aan zou kunnen.

We stonden al ingeschreven (per ongeluk heb ik me vergist in de geboorte datum van Lotte) en na mijn gebruikelijke training, ging ik samen met Lotte trainen. Voor de zekerheid nam ik een rugzakje mee met een bidon. Het rondje was een kilometer en de doelstelling was dat Lotte het leuk vond.
Ze heeft genoten, maar ik denk ik nog wel het meeste. Wat is het fijn om te zien dat je kind dingen leuk vind die jij ook leuk vind, wat is het fijn te ervaren dat ze affiniteit heeft met sport.

“Er is een heel gebied van het emotionele brein dat zoogdieren onderscheidt van reptielen. Uit het oogpunt van de evolutie is het wezenlijke verschil dat zoogdieren een nageslacht ter wereld brengen dat kwetsbaar is en dat zonder de voortdurende aandacht van de ouders niet in staat is enkele dagen, weken of jaren in leven te blijven. Het extreemste geval is de menselijke soort, waarvan de baby’s het meest hulpeloos zijn de langdurigste investering van de ouders vereisen.” (Servan-Schreiber, 2012)

Daar stonden we... Aan de start van de drie kilometer “color obstacle run” (sinds dit jaar de family obstacle run). Lotte had er zoveel zin in, dat ze eigenlijk al wilde starten bij een eerdere startgroep. De moeder van Wendy was meegekomen als support voor Lotte en genoot zichtbaar van Lotte’s enthousiasme.

Eindelijk mocht ze dan samen met papa en mama het startvak in. Ik heb niet vaak iemand zo enthousiast mee zien doen met de warming-up! Nu ligt dat ook wel in haar straatje, geef Lotte muziek en ze staat te swingen. Ze mocht wat kleuren poeder halen om tijdens het startschot de lucht in te gooien. Mevrouw wist precies hoe alles werkte, want ze had van te voren al veelvuldig op youtube naar filmpjes over deze run gekeken. Het leek ons als voorbereiding wel handig om dit te doen, zodat ze een beetje kan visualiseren.

De start was een feit en fanatiek kroop ze onder het podium door (eerste hindernis) daarna liepen we het bospad op waar Lotte voor de eerste keer plat op haar gezicht ging. Tot nu toe hadden we alleen maar op verharde paden getraind en daar hoef je niet op wortels van bomen te letten. Normaal gesproken zou dit een huilbui opleveren, maar vandaag won haar fanatisme, ze stond op en liep meteen door. Vijftig meter verder kreeg ze het voor elkaar om ook over de tweede boomwortel op het parcours te struikelen. Gevolg was dat ze weer plat op haar gezicht belandde. Weer wilde ze niets weten van aanstellerij, werd door mama overeind geholpen en wilde meteen door. Blijkbaar had ze nu wel geleerd, want dit was meteen de laatste val.

Bij het eerste onderdeel moesten we touwklimmen en een bel aantikken.
Gelukkig heeft ze een lange papa die haar tot aan de bel kon tillen.
Daarna kwam het onderdeel waarin je om beurten bij elkaar op de rug moet. Een stukje bij mama en een stukje bij papa dan maar. Nu waren we ver genoeg dat Lotte door begon te krijgen in welk tempo ze moest lopen om niet al heel snel heel moe te zijn.
Net op tijd, want daar kwam de modder! Ook hier was ik wel heel nieuwsgierig naar. Lotte had het vaak over in de modder springen en door de modder kruipen, maar kan ook nog wel eens “piepen” als ze vies wordt. Gelukkig bleek het geen probleem, Lotte snapte dat het erbij hoorde en kroop driftig achter papa en mama aan.

Ik kon maar niet stoppen met filmen… Van een bevriende collega had ik een selfie stick en een go pro camera kunnen lenen en wat was ik toch trots op haar! Lotte liet zien dat ze het leuk vond en alles waar ik als vader op hoopte, kreeg ik gewoon te zien. Ze kan zich ergens in vastbijten, zeurt niet om een klein pijntje op momenten dat dit niet handig is, leert van haar fouten en is niet bang om smerig te worden. Sterker nog: Ze heeft er plezier in.

Lotte was degene die steeds opnieuw de looppas er weer in zette. Af en toe haalde ik de bidon en een snoepje tevoorschijn en we deden alles op het tempo van Lotte. Zij moet het ten slotte leuk vinden. De rolverdeling was voor ons ook duidelijk: Mama was voor de begeleiding en papa voor het filmen. Tenzij er getild moest worden, dan was het papa’s beurt.

We gingen door water waarin ik tot schouder diepte stond. Daarna liepen we weer langzaam richting “the mud area” voor de trenches. Bij de trenches, stonden mensen van de organisatie, die aangaven dat je ook best er omheen mocht lopen. Daar wilden wij niets van weten, al was het water inderdaad wel aan de frisse kant. Maar een blik naar Lotte liet me weten dat het nog prima met haar ging en ik kon inschatten dat we daarna nog maar een klein stukje hoefden.

Eén van de laatste onderdelen was een opblaasbare stormbaan. Lotte voelde al de modder en het zand op de stormbaan en wilde toen toch liever er omheen. Wel erg jammer, want dit zou nu net voor kinderen een “trekker” moeten zijn. Uiteindelijk is dat de enige obstakel geweest die Lotte niet heeft gedaan.
We kwamen bij een paar houten muurtjes, waar je overheen en onderdoor moest en daarna kwam de finish in zicht.


Lotte bleef fanatiek alles mee doen en rende samen met haar moeder richting de finish waar vrijwilligers stonden te wachten om gekleurd poeder over je heen te gooien.Ik kan het gevoel dat ik had niet beschrijven toen ik haar op de finish af zag lopen met de handjes in de lucht… Lotte had een prestatie neergezet die voor haar leeftijd best wel “van formaat” te noemen is. En haar vader sukkelde met de camera erachteraan en probeerde de brok in zijn keel weg te slikken.

Bron:


Servan-Schreiber, D. (2012). Uw brein als medicijn. Utrecht/Antwerpen: Kosmos uitgevers.


2 opmerkingen:

Anoniem zei

Super leuk joh. Maar zijn er daarna plekken om te douchen of om te kleden of ga je zo de auto in? :-)

Joost Verbrugge zei

Er zijn afspoel mogelijkheden, met koud water. Wij kozen ervoor om andere kleding aan te trekken, een half uurtje te rijden en thuis uitgebreid te douchen.
De kleine meid was toch wel wat koud op het einde en om haar dan nog met koud water te pesten...